Oude Kerk
Doordat de kerk in 1648 in handen gekomen is van de kleine protestantse gemeenschap, is de kerk nog behoorlijk stijlvast. Er was simpelweg geen geld genoeg voor grote verbouwingen of zelfs voldoende onderhoud. Dit leidde in 1928 tot instorting van het dak van het middenschip. Toch is er nog heel wat geschiedenis af te lezen: aan de zuidzijde is te zien dat de koster ooit in de dwarsbeuk woonde. Aan de zuidzijde van de toren treft u de littekens aan van het gemeentehuis. In de toren zelf was het politiebureau gevestigd.
Foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed / OF-02485
Woelige geschiedenis
De Oude Kerk van Dongen, de vroegere Laurentiuskerk, kent een woelige ontstaans- en gebruiksgeschiedenis. Als de parochie, het kerkbestuur of de gemeente genoeg geld hadden kon de kerk een stukje worden uitgebreid of gerestaureerd. Meermaals ontbrak het echter aan de nodige financiële middelen, met als gevolg dat de kerk verwaarloosd werd, of in verval raakte. Bovendien heeft de kerk in het verleden vaak te lijden gehad onder oorlogshandelingen, brandstichtingen en plunderingen. Daarnaast is de, van oorsprong Rooms-Katholieke Kerk, overgenomen door de Hervormde Kerk. Delen van de kerk hebben andere functies gehad, zoals gemeentehuis, politiebureau en zelfs seinpost.
Toch was de pittoreske kerk ook een geliefd onderwerp voor verschillende kunstenaars, zoals voor Willem Troost, die de kerk vastlegde op zijn schilderij “Baan te Dongen”. Tegenwoordig is de kerk en het ruïneuze middenschip zelfs een geliefde plek voor evenementen, zoals concerten en bruiloften.
Willem Troost. “Baan te Dongen”.
Plattegrond met daarop de verschillende bouwfases.
Bouwfases
De kerk is in verschillende fases gebouwd. Het eerste kerkje op deze hoger gelegen plek in Dongen werd vermoedelijk gebouwd tussen 1329 en 1343. Dit kerkje had een rieten dak en met een afmeting van ongeveer 6 bij 14 meter. Vermoedelijk heeft er eerst een houten kapel gestaan maar daar zijn geen sporen van teruggevonden. De bouw van de eerste kerk werd waarschijnlijk medegefinancierd door Willem van Duvenvoorde, kasteelheer van het Kasteel van Dongen en degene die als eerste Heer van (geheel) Dongen gezien kan worden. Van Duvenvoorde was bovendien kamerling en schatbewaarder van graaf Willem III van Holland, zat in de grafelijke raad van de Hertog van Brabant. Hij stond bekend als een van de invloedrijkste en meest gefortuneerde mensen uit zijn tijd.
In de tweede bouwfase in de eerste helft van de vijftiende eeuw is waarschijnlijk de Kempense bakstenen toren gebouwd, met een hoogte van ongeveer 42 meter. In de derde fase van de bouw wordt over de fundamenten van deze kerk een nieuwe kerk, in Kempense gotiek gebouwd, met gewelven met kruisbogen en ramen met spitsbogen. Er wordt begonnen met de bouw van het priesterkoor en de beide dwarsbeuken (transepten), in basilikale stijl.
Ander geloof
Tijdens de Tachtigjarige Oorlog heeft de kerk veel te lijden van oorlogshandelingen, brandstichting en slecht onderhoud. In 1640 wordt met het herstel van de kerk begonnen. In deze vierde bouwfase worden de restanten van de oude kerk afgebroken en wordt er een nieuw schip gebouwd. De oorspronkelijke basilikale vorm wordt door een pseudo-basilikale vorm vervangen. Nieuwe afmetingen: 17 bij 51 meter.
Slechts enkele jaren na deze verbouwing, in 1648, wordt de kerk in bezit genomen door de hervormden in Dongen. De katholieke gemeenschap, veruit het grootste deel van de Dongense bevolking, mag in het vervolg, tot ver in de negentiende eeuw, alleen nog maar in een schuilkerk, gelegen aan de huidige Bolkensteeg en bovendien alleen clandestien, het geloof belijden. In 1822 wordt bij Koninklijk besluit het kerkgebouw van de Oude Kerk definitief aan de hervormden, toegekend, thans de Protestantse Gemeente Dongen en Rijen geheten.
Ruïne
In 1922 wordt het kerkgebouw wegens bouwvalligheid verlaten. Voor de kleine hervormde gemeente in Dongen zijn de kosten van het onderhoud van de kerk niet op te brengen. Als gevolg van de bouwvallige staat van de kerk, stort tijdens een lichte storm op 22 mei 1928 het dak van het schip in en raakt de kerk hierna nog verder in verval.
(Pentekening: Han van Hagen)
Franse razernij
De Fransen hebben grote invloed gehad op ontwikkeling van de Kerkstraat, en de Oude Kerk. Zo werd Dongen in het Rampjaar, op 20 juli 1672, door Franse troepen geplunderd en werden meer dan 80 huizen verbrand. Het dorp was als gevolg vrijwel verlaten en de schadelasten konden amper door de inwoners opgebracht worden.
De Fransen lieten een spoor van vernieling en brandstichtingen achter toen zij door Dongen trokken, over de oude verbindingsweg van Breda naar ‘s-Hertogenbosch. Vooral op de Heuvel en in de Kerkstraat was er amper nog een gebouw dat niet afgebrand was. Ook het schoolhuis dat naast de Oude Kerk stond, was volledig afgebrand. De kerk zelf werd door de Fransen beschadigd, geplunderd en zelfs gebruikt als paardenstal. Een belangrijke consequentie van de Franse razernij was dat het centrum van Dongen zich verplaatste van Heuvel en Kerkstraat naar de Hoge Ham, een ontwikkeling die al eerder was ingezet, maar door de Franse brandstichtingen nog verder werd versneld.
Seinpost
De Oude Kerk heeft ook een aantal niet-kerkelijke functies gehad. Tijdens de napoleontische tijd werd Nederland bij het Franse Rijk werd ingelijfd. In 1810 werd door de Fransen de torenspits van de Oude Kerk in Dongen gehaald om ruimte te maken voor een semafoor. Boven in de toren in Dongen kwam huisvesting voor twee soldaten die het toestel moesten bedienen.
In een tijd waarin alle berichten door een koerier met paard werden bezorgd werkte deze semafoor, ontwikkeld door Claude Chappe, razendsnel. Door middel van een ingenieus systeem van beweegbare houten armen konden hiermee, voor die tijd, razendsnel berichten worden doorgeseind. Zo kon de afstand tussen Antwerpen en Amsterdam in minder dan 15 minuten worden overbrugd. Een koerier te paard zou daar meer dan 10 uur over doen. Zo werd er een heel netwerk van seinpalen in Nederland opgericht, vooral geplaatst in torenspitsen. Dongen fungeerde als tussenstation op de lijn Antwerpen-Amsterdam. De kerk in Dongen ontving haar signaal vanaf de kerk van Bavel en Dongen seinde het bericht verder naar de kerk in Sprang-Capelle.
Er zaten ook zwakke kanten aan dit optische netwerk. Om te beginnen kon je dit alleen overdag bij licht gebruiken en ook mist kon de berichtgeving stevig belemmeren. De semafoor in Dongen was maar voor korte duur in gebruik. Na de val van Napoleon in 1815 werd de semafoor al buiten bedrijf gesteld. Toch heeft de Oude Kerk het nog meer dan een eeuw zonder torenspits moeten doen, pas in de jaren dertig van de twintigste eeuw wordt de torenspits herbouwd.
Gemeentehuis en politiebureau
De kerk heeft ook publieke functies gehad. In 1685 werd door de Dongense schout en schepenen bijvoorbeeld besloten om een raadskamer met secretarie tegen de zuidzijde van de toren te bouwen, van circa 37 m². Tot 1860 zou hier het raadhuis van de gemeente Dongen gehuisvest zijn.
In 1830 wordt de kerk door de bekende architect Cuypers gerestaureerd. Daarbij wordt een gedeelte van de kerktoren ingericht voor cachotten, politiebureau en archief. Tot medio 1940 was de politie hier gehuisvest, daarna werd het bureau verplaatst naar de woning van politiecommandant Swartjes aan de Kardinaal van Rossumstraat. De cellen in de toren bleven nog wel in gebruik.
Onderin de toren bevinden zich de twee cellen of cachotten. Erg luxe zijn ze niet, ze zijn krap en de gevangenen moesten bijvrooebeeld op een houten brits slapen. Maar de cellen konden wel elektrisch verwarmd worden en mocht dat niet voldoende zijn, kon bij felle kou de gasverwarming aan. Een aantal gedetineerden hebben de deuren en kozijnen gebruikt als “gastenboek” en er hun namen en teksten ingekrast. Deze zijn nog altijd duidelijk te herkennen. Zoals de teksten “Weg met de Nederlandse regering” en “Jannes bekent nooit.” Op de eerste verdieping werden de politieambtenaren gehuisvest, onder andere uitgerust met brandhoorns (gebruikt om brand te melden), revolvers en een typmachine. Museum De Looierij organiseert regelmatig rondleidingen waarbij een bezoek aan de toren van de Oude Kerk gebracht kan worden, inclusief de oude cachotten.
In de luwte
De Kerkstraat vormde tot en met het begin van de twintigste eeuw een van de bedrijvigste straten van Dongen. Er waren vele bedrijven in de straat gevestigd, zoals leerlooierijen, schoenmakerijen, bakkers, hoefsmederijen en meerdere cafés. Café De Hoop, later Aurora en tegenwoordig De Stapperij geheten, vormde bovendien het eindpunt van de Zuider Stoomtramweg-Maatschappij van de stoomtramlijn van Breda naar Dongen. Deze werd geopend in 1881. Later werd de tramlijn doorgetrokken naar Tilburg waardoor de lijn naar De Hoop een zijlijn werd. In 1917 werd de zijlijn opgeheven.
Het meeste verkeer door Dongen gaat tegenwoordig aan de Kerkstraat voorbij, waardoor deze oude kasseistraat, thans ook eenrichtingsweg, met de vele fraaie panden, een ietwat rustieke, wat ingeslapen indruk maakt. Deze ligging in de luwte wordt nog eens benadrukt door de imposante, hoge platanen langs de weg, die tot de hoogste van Brabant behoren, tot zo’n 38 meter. De Kerkstraat kan dan ook zeker tot een van de mooiste straten van Dongen gerekend worden.
Meer informatie
https://www.meertens.knaw.nl/
https://www.bhic.nl/ontdekken/verhalen/de-pkn-in-dongen-en-de-oude-kerk
https://www.oudekerkdongen.nl
https://nl.wikipedia.org/wiki/Tramlijn_Oosterhout_-_Tilburg
https://oudefotosvandongen.nl
De monumenten in de voormalige Baronie van Breda