Ecologische verbindingszone

Een ecologische verbindingszone is een verbinding tussen natuurgebieden, met nieuwe of herstelde natuur, die deel uitmaken van de ecologische hoofdstructuur. Ecologische verbindingszones worden aangelegd om het migreren van dieren en planten tussen natuurgebieden mogelijk te maken (uitwisseling van genen). De ecologische verbindingszone dient als leef- en trekgebied voor allerlei dieren: amfibieën, vleermuizen, dagvlinders, libellen en kleine zoogdieren.

Verbindingszone voor de natuur

Een ecologische verbindingszone is een verbinding tussen natuurgebieden, met nieuwe of herstelde natuur, die deel uitmaken van de ecologische hoofdstructuur. Ecologische verbindingszones worden aangelegd om het migreren van dieren en planten tussen natuurgebieden mogelijk te maken (uitwisseling van genen). De ecologische verbindingszone dient als leef- en trekgebied voor allerlei dieren: amfibieën, vleermuizen, dagvlinders, libellen en kleine zoogdieren.

Zaterdag 1 oktober 2011 werd op feestelijke wijze de ecologische verbindingszone (EVZ) ten noorden van Dongen geopend. De ecologische verbindingszone in Dongen maakt deel uit van een landelijk netwerk. De totale EVZ heeft een lengte van 6 kilometer en loopt vanaf de Wilhelminalaan in ’s Gravenmoer via de Procureurweg in Dongen, de Kwartelweg tot aan het bedrijventerrein de Wildert. Door het aanleggen van planten en struiken, bloemrijke begroeiing en brede oevers ontstaat een natuurlijke verbinding die dient als leef- en trekgebied voor amfibieën, vleermuizen, dagvlinders, libellen en kleine zoogdieren. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan waterberging. Waterberging geeft ruimte aan water en voorkomt overstroming.

De EVZ verbindt het gebied de Biesbosch met het Brabantse achterland, met name Huis ter Heide en verder de Loonse en Drunense Duinen. De EVZ in Dongen is hier onderdeel van.

Recreatief gebruik

Bijzonder is dat langs de ecologische verbindingszone ook wandel- en fietspaden zijn aangelegd. De fietspaden sluiten prachtig aan op het fietsnetwerk in de omgeving van Dongen. Onderweg kunnen fietsers en wandelaars stoppen bij de hoge populieren vlakbij de Bolkensteeg. Daar liep vroeger een pad dat door de nonnen uit het klooster aan de Hoge Ham werd gebruikt voor meditatie. Het pad eindigde bij een kapelletje. Architect William van Gool uit Dongen heeft een kunstwerk ontworpen dat verwijst naar deze verdwenen geschiedenis. Het kunstwerk werd op 1 oktober onthuld.

Ter hoogte van nieuwbouwwijk De Beljaart sluit de EVZ aan op een groenzone met speelmogelijkheden; Beljaart Buiten. Blikvanger is het zogenaamde waterfort. Een eiland dat bereikbaar is door een trekpontje en een hangbrug. De EVZ is inmiddels een geliefde wandel- en fietsplek voor veel Dongenaren.

Onkelsloot

De EVZ loopt voor een groot deel langs de Onkelsloot. Hoewel deze in de afgelopen jaren flink vergraven en verlengd is, is het van oorsprong een oude watergang. Oorspronkelijk liep de Onkelsloot waarschijnlijk vanaf de Donge, van de voormalige gemeentegrens tussen Dongen en ’s Gravenmoer tot aan de Achterhuizensticht. Het vormde een afwateringsloot voor het de ontginning van het veengebied in het noorden van de gemeente Dongen en had mogelijk een natuurlijke oorsprong, als veenstroompje. Dit watertje wordt rond 1388 al vermeld en dan de Oeclake genoemd. Hier in het noorden van Dongen zal de Oeclake het veen van Dongen richting rivier de Donge ontwaterd hebben. In de loop van de eeuwen werd dit watertje steeds weer vermeld. In 1571 wordt het “Aeckelate Sloot” genoemd, in 1742 “Oeckelaersloot” en later “Onkersloot”. Op een kaart uit 1767 heet dit watertje de ”Onkeldersloot”. Slingerend door het landschap vormde de sloot een natuurlijke grens tussen de akkers en de weilanden.

Tijdens de ruilverkavelingen van de jaren zeventig van de vorige eeuw is de sloot echter geheel verdwenen. In de plaats werd een nieuwe brede sloot gegraven die toen aan de nieuwe eisen voldeed: strak door een boomloos landschap, met de functie om zo snel mogelijk water af te voeren. De oude naam Onkelsloot is wel overgegaan op deze nieuwe sloot.

De functie van sloot blijkt echter zeer veranderlijk: met de voltooiing van de Ecologische Verbindingszone in 2011 veranderde deze namelijk weer, dit maal in een ecologische en recreatieve: bochten werden aangebracht in de sloot, poeltjes werden gemaakt en er werd een meer ‘natuurlijk’ karakter aan de sloot gegeven, door het aanleggen van brede oevers met planten en struiken, zodat een natuurlijke verbinding ontstaat voor het leef- en trekgebied van dieren en planten. Er werden ook fiets- en voetpaden aangelegd.

De Ecologische Verbindingszone loopt door het voormalige veengebied van Dongen. De wijken Beljaart, Biezen en Hoge Akker verwijzen nog altijd naar dit verleden. De zone loopt ook door een gebied met de intrigerende veldnaam “De Goeije”. Een naam die ook al honderden jaren voorkomt. Het oostelijke deel van de Onkelsloot wordt tegenwoordig ook de Goeijeloop genoemd. Het meest aannemelijk is dat ook deze naam met het vroegere grondgebruik en de kwaliteit van de grond te maken heeft. Klaarblijkelijk was het dus goede akkergrond.

Stichtenstructuur van het landschap rond Dongen.

Stichten

Als u door de EVZ fietst komt u ook een aantal zogenaamde stichten tegen, die haaks op het fietspad lopen. Deze stichten, smalle langgerekte zandpaden, zijn veelal al eeuwenoud. In de nieuwe woonwijk de Beljaart is deze oude stichtenstructuur daterend van de hoevenontginningen uit de veertiende eeuw terug te zien in het stratenpatroon. Ook de straatnamen weerspiegelen het veenontginningsverleden, met namen als Veenbies, Zwartveen, Grauwveen en Laagveen. Dit gebied werd vermoedelijk in 1330 door de graaf van Holland wederrechtelijk op Brabants grondgebied ter ontginning uitgegeven in twaalf hoeven. De boerenontginningen strekten, deels vanaf de Donge en deels vanaf de zandrug, anderhalve kilometer het moer in. Ze werden aan de achterzijde afgesloten met een greppel: het “Riool”. Dit werd ook voor de ontwatering gebruikt. Nu ligt daar de Klein Dongense Weg.

Sloten tussen de ontginningspercelen, hoeven, voerden het water naar het riool af. Om de achterste gronden te kunnen bereiken werden er lange paden aangelegd: de stegen of stichten. De ontginners die hier zevenhonderd jaar geleden begonnen lieten dit karakteristieke landschap achter dat we nu nog steeds kunnen herkennen. Meest opvallend zijn de langgerekte kavels met de stichten, die haaks staan op de Hoge Ham, de Lage Ham en de Donge. Sommige zijn verdwenen, maar vele liggen er nog en hebben een naam gekregen, zoals Watersticht, Kloostersticht, Achterhuizen, Achter den Ham, Schoolstraat en Bolkensteeg. Toen de ontginners het gebied van een goede ontwatering hadden voorzien door de aanleg van het riool en de sloten tussen de hoeven werd het in gebruik genomen voor de landbouw.

Meer informatie

 

 

https://s-gravenmoer-een-pareltje.jouwweb.nl/
https://www.geocaching.com/